2009 › Trails

TRAILS

2009

Depressie: Stressful life events and depressive symptoms in young adolescents: modulation by respiratory sinus arrhythmia? The TRAILS study

Auteurs: Bosch NM, Riese H, Ormel J, Verhulst FC, Oldehinkel AJ

Rol van RSA metingen als voorspeller van toekomstige depressieve symptomen en als buffer in de Link tussen stressvolle levensgebeurtenissen en de ontwikkeling van depressive symptomen. De hypothese was dat RSA een marker van emotieregulatie capaciteiten was, en dat personen met een lage RSA dus een lager vermogen bezat om emoties te reguleren dan personen met een hogere RSA. Dit zou zich laten zien in een samenhang van een lagere RSA met meer huidige depressive symptomen, maar ook met meer toekomstige depressieve symptomen. Verder zouden personen met een lagere RSA na het meemaken van stressvolle gebeurtenissen ook meer depressieve sympotmen ontwikkelen dan personen met een hogere RSA. Geen van deze verwachtingen bleken bevestigd te worden. Trends lieten een kleine associatie van hogere RSA met meer huidige en toekomstige depressieve symptomen zien.

Depressie: Preadolescents’ Somatic and Cognitive-Affective Depressive Symptoms are Differentially Related to Cardiac Autonomic Function and Cortisol

Auteurs: Bosch NM, Riese H, Dietrich A, Ormel J, Verhulst FC, Oldehinkel AJ

Diverse studies hebben aangetoond dat een depressie de cardiale prognose van hartpatiënten in negatieve zin beïnvloedt. Op basis van recent onderzoek is gesuggereerd dat deze associatie vooral te wijten is aan zogenaamde somatische depressieve symptomen als vermoeidheid en slaapproblemen. Niet alleen de cardiale prognose, maar ook daarmee gerelateerde autonome maten als de hartslagvariabiliteit lijken anders samen te hangen met somatische dan met niet-somatische depressiesymptomen. Een dergelijke differentiële relatie was tot nu toe uitsluitend in klinische populaties (hartpatiënten en/of patiënten met een depressieve stoornis) gevonden. Met behulp van de TRAILS-data hebben we als eerste aangetoond dat dit ook geldt voor een jonge bevolkingspopulatie, die nog geen hartklachten heeft (gehad) en waarin de depressieve symptomen doorgaans mild zijn. De hartslagvariabiliteit vertoonde in het TRAILS populatiecohort een negatief verband met somatische depressiesymptomen en een positief verband met cognitieve/affectieve symptomen. Een soortgelijk effect werd gevonden voor de baroreceptor gevoeligheid. Ook de cortisol ontwaak-respons vertoonde een ander verband met somatische dan met cognitieve/affectieve depressiesymptomen, althans in jongens. Deze resultaten suggereren dat het verband tussen hartslag en (bepaalde) depressieve symptomen al op heel jonge leeftijd te zien valt.