2012 › Trails

TRAILS

2012

Stressfysiologische uitkomstmaten: Genetically based reduced MAOA and COMT functioning is associated with the cortisol stress response - a replication study

Auteurs: Bouma EMC, Riese H, Doornbos B, Ormel J, Oldehinkel AJ

In 2007 publiceerde Molecular Psychiatry een unieke studie van Jabbi en collega’s waarin zij aantoonden dat een combinatie van genetische variantie in het MAOA en COMT gen geassocieerd was met een verhoogde response van de HPA as tijdens stress. Deze bevinding is binnen TRAILS herhaald. Net als Jabbi hebben we gekeken naar het effect van lengte polymorfismen in het MAOA gen (die leiden tot meer of minder afschrijving van het MAOA enzym) en de val158met SNP in het COMT gen (hogere of lagere activiteit van COMT enzym). We hebben cortisol (stress hormoon) gemeten in het speeksel van 278 jongens en 174 meisjes voor, tijdens en na een stressvolle taak. We vonden dezelfde effecten als Jabbi in adolescente jongens. Het effect van COMT in de ‘lage’ MAOA groep verschilde tussen jongens en meisjes; in jongens werd de hoogste reactie gezien bij diegene met het met/met genotype maar in meisjes juist met het val/val genotype. Dit geslachtsverschil is in overeenstemming met ideeën over verschillende effecten van hoog en laag actief COMT enzym in de ontwikkeling van het brein van mannen en vrouwen. Desondanks moeten deze geslachtsverschillen bevindingen voorzichtig geïnterpreteerd worden aangezien de groep meisjes met lage MAOA activiteit relatief klein is (29 meisjes ten opzichte van 100 jongens).

Stressfysiologische uitkomstmaten: Timing matters: Long term effects of adversities from prenatal period up to adolescence on adolescents’ cortisol stress response. The TRAILS study

Auteurs: Bosch NM, Riese H, Reijneveld SA, Bakker MP, Verhulst FC, Ormel J, Oldehinkel AJ

Het menselijk lichaam reageert op spannende situaties met de afgifte van het stresshormoon cortisol. Afwijkingen in de hoeveelheid cortisol die wordt afgescheiden worden wel in verband gebracht met psychische problemen of het risico daarop, maar hoe die samenhang precies is, is nog verre van duidelijk. De afstemming van het HHB (hypothalamus-hypofyse-bijnierschors) systeem, dat de afgifte van cortisol regelt, is gevoelig voor invloeden van buitenaf, waaronder stressvolle gebeurtenissen in de (vroege) jeugd. In TRAILS is onderzocht in hoeverre de leeftijd van die stressvolle gebeurtenissen hierbij van belang is. Deze studie was gebaseerd op de theorie dat hersengebieden die het sterkst in ontwikkeling zijn het gevoeligst zijn voor stress; en welke gebieden dat zijn varieert tijdens de ontwikkeling. We hebben maten gemaakt voor de hoeveelheid stress rond de zwangerschap en geboorte, in de vroege kindertijd (0-5 jaar), late kindertijd (6-11), vroege adolescentie (12-13 jaar) en midden-adolescentie (14-15 jaar) en daarvan de samenhang bekeken met cortisolreacties op een sociale stresstest. Deze test vond plaats op circa 16-jarige leeftijd en bestond er uit dat de jongeren voor een videocamera een presentatie over zichzelf moesten geven en een hele moeilijke hoofdrekentaak moesten uitvoeren. Uit de resultaten bleek dat er inderdaad leeftijdseffecten zijn: stressvolle gebeurtenissen tijdens zwangerschap en kindertijd hingen vaak samen met hogere cortisolniveaus tijdens de test, terwijl stressvolle gebeurtenissen tijdens de adolescentie gepaard gingen met lagere niveaus.

Stressfysiologische uitkomstmaten: Family environment is associated with HPA-axis activity in adolescents. The TRAILS study

Auteurs: Marsman R, Nederhof E, Rosmalen JGM, Oldehinkel AJ, Ormel J, Buitelaar JK

Het doel van deze studie was het testen van de “biological sensitivity to context” theorie door gebruik te maken van gezinsfactoren en het functioneren van de HPA-as (hypotalamus-pituitary-adrenal axis). We hebben onderzocht of de manier waarop adolescenten de opvoeding van hun ouders ervaren (mate van afwijzing en emotionele warmte) en sociaal-economische status (SES) een voorspellende waarde hebben op basale cortisol levels en de stijging van cortisol levels in het eerste half uur na het wakker worden. In een populatieonderzoek onder 1594 adolescenten (gemiddelde leeftijd = 11.08, SD = 0.54) hebben we speeksel verzameld om cortisol levels te bepalen, evenals informatie over de SES en de manier waarop adolescenten de opvoeding van hun ouders ervaren. Ervaren emotionele warmte in de opvoeding had een negatief lineair verband met basale cortisol levels. Daarnaast was er een curvilineaire relatie tussen SES en zowel basale cortisol levels en de stijging van cortisol levels in het eerste half uur na het wakker worden. Onze bevindingen met betrekking tot basal cortisol levels bevestigden onze hypothese: er is zowel lage basale HPA-as activiteit in hoge als in lage SES gezinnen, vergeleken met hoge basale HPA-as activiteit in een gezin met gemiddeld SES niveau.