2015 › Trails

TRAILS

2015

Opvoeding en familiefactoren: Configuraties van de peer-ervaringen van adolescenten: Associaties met ouder-kind relatie kwaliteit en ouderlijk probleemgedrag

Auteurs: Kretschmer T, Sentse M, Meeus W, Verhulst FC, Veenstra R, Oldehinkel AJ

Wat was al bekend over dit onderwerp:

  • Kwaliteit van ouder-kind relaties en kenmerken van ouders beïnvloeden de relaties die adolescenten met hun leeftijdgenoten hebben en met wie adolescenten omgaan. 
  • De meeste eerdere studies hebben zich gericht op alleen maar één dimensie van relaties met leeftijdgenoten zoals kwaliteit van de relatie, pesten of gedragsproblemen, terwijl deze relaties multidimensionaal zijn.

Wat deze studie toevoegt:

  • Profielen van relaties met leeftijdgenoten laten zien dat de meeste adolescenten positieve relaties onderhouden met leeftijdgenoten die zich normatief gedragen.
  • Het hebben van positieve relaties met ouders verkleint de kans op negatieve relaties met leeftijdgenoten maar het verkleint niet de kans op het omgaan met antisociale leeftijdgenoten.
  • Vooral jongens hebben een verhoogde kans om met antisociale leeftijdgenoten om te gaan wanneer hun ouders ook gedragsproblemen vertonen.

Opvoeding en familiefactoren: Ouder-kind positiviteit en romantische relaties in de vroege volwassenheid - Congruentie, compensatie en de rol van sociale vaardigheden

Auteurs: Kretschmer T, Vollebergh WAM, Oldehinkel AJ

Wat was al bekend

  • De kwaliteit van de relaties die jongvolwassenen met hun ouders hadden beïnvloedt de relatie die ze met hun partners hebben. In het algemeen leiden goede ouder-kind relaties tot goede partner-relaties.
  • Maar ook  erg slechte ouder-kind relaties zouden tot een grotere toewijding en tevredenheid in relaties kunnen leiden omdat mensen proberen hun eerdere negatieve ervaringen te compenseren.
  • Sociale vaardigheden hangen samen met zowel ouder-kind relaties en partner relaties en kunnen misschien hun samenhang verklaren.  

Wat deze studie toevoegt

  • De meeste jongvolwassenen in TRAILS waren erg toegewijd aan en tevreden met hun partnerrelatie.
  • Zowel heel goede als heel slechte ouder-kind relaties voorspelden een extra grote toewijding in de partnerrelatie. Voor de tevredenheid met de relatie gold dit niet niet; die werd alleen door goede ouder-kind relatie voorspeld.
  • Sociale vaardigheden speelden geen grote rol in deze verbanden.

Opvoeding en familiefactoren: Een stressvolle jeugd en de kans op psychiatrische stoornissen

Auteurs: Oldehinkel AJ, Ormel J

Wat was al bekend over dit onderwerp:

  • Vroege stressvolle ervaringen hangen samen met minder welbevinden en meer psychische problemen in het latere leven. 
  • Meer kans om problemen te hebben betekent echter niet automatisch dat ook de kans om problemen te krijgen verhoogd is.
  • Om het effect van vroege stress op latere psychische problemen goed te begrijpen, is het belangrijk om een onderscheid te maken tussen verschillende soorten stress en tussen verschillende soorten psychische problemen.

Wat deze studie toevoegt:

  • Kinderen met veel stress hebben een verhoogde kans om depressief te worden, maar dat risico neemt af naarmate ze ouder worden.
  • De kans op om angstklachten te krijgen is kleiner, maar neemt niet af over de tijd. 
  • Een inschatting van de totale hoeveelheid stress in de kindertijd is een betere voorspeller van latere psychische problemen dan specifieke gebeurtenissen in die periode.

Opvoeding en familiefactoren: De psychische gezondheid van Nederlandse adolescenten: een TRAILS verslag van de prevalentie, ernst, continuïteit en leeftijd van ontstaan van DSM-gedefinieerde psychische stoornissen

Auteurs: Ormel J, Raven D, Van Oort FVA, Hartman CA, Reijneveld SA, Veenstra R, Vollebergh WAM, e.a.

 Wat was al bekend over dit onderwerp

  • Veel van de psychische problemen bij volwassenen beginnen in de adolescentie.
  • Kennis over het optreden van psychische stoornissen in adolescenten in Nederland is beperkt.
     

Wat deze studie toevoegt

  • Op 19 jarige leeftijd heeft 15% van de Nederlandse adolescenten een psychische stoornis, terwijl 45% ooit een psychische stoornis heeft gehad.
  • Bijna de helft van de psychische stoornissen in jongeren is ernstig en gaat gepaard met beperkingen in het dagelijkse functioneren.
  • De gemiddelde leeftijd waarop stoornissen ontstaan varieert aanzienlijk.  Aandacht- (ADHD) en veel angststoornissen, met name fobieën, ontstaan vaak al voor het 10e levensjaar. 
  • Instabiele gezinsomstandigheden zijn een belangrijke risicofactor voor gedragsproblemen, waaronder crimineel gedrag en verslaving.
  • Veel problematiek concentreert zich in 5-10% van de adolescenten;  zij lopen als volwassene een groot risico op allerlei problemen.

 

Opvoeding en familiefactoren: Do child's psychosocial functioning, and parent and family characteristics predict early alcohol use? The TRAILS Study

Auteurs: Visser L, De Winter AF, Vollebergh WAM, Verhulst FC, Reijneveld SA

Wat was al bekend over dit onderwerp

  • Vroeg alcoholgebruik hangt samen met negatieve gevolgen voor de gezondheid en het sociaal functioneren.
  • Onderzoek naar voorspellers van vroeg alcoholgebruik richt zich voornamelijk op alcoholgebruik voor het 14e of 15e levensjaar, terwijl een kwart van de jongeren  al eens alcohol heeft gebruikt voor het 12e levensjaar.

Wat deze studie toevoegt

  • Een beperkt aantal factoren blijkt voorspellend te zijn voor alcoholgebruik voor het 12e levensjaar: het opleidingsniveau van de vader (laag of gemiddeld), etniciteit (autochtoon), geslacht (jongen) en agressief gedrag gerapporteerd door de leerkracht.

Opvoeding en familiefactoren: Emotieherkenning en het risico op angst en depressie

Auteurs: Oldehinkel AJ, Hartman CA, Van Oort FVA, Nederhof E

Wat was al bekend

  • Sommige adolescenten krijgen problemen ondanks een gunstige thuissituatie, terwijl anderen het goed doen ondanks moeilijke gezinsomstandigheden.
  • Misschien bestaan er eigenschappen die jongeren meer geschikt maken voor de ene omgeving dan voor de andere.
  • Het goed kunnen herkennen van bepaalde emoties zou zo’n eigenschap kunnen zijn.

Wat voegt deze studie toe

  • In deze studie is onderzocht of het goed kunnen herkennen van positieve of negatieve emoties van invloed is op hoe jongeren reageren op de gezinssituatie.
  • Jongeren die beter waren in het herkennen van positieve dan negatieve emoties hadden meer profijt van gunstige gezinsomstandigheden maar ook meer last van ongunstige gezinsomstandigheden. Jongeren die beter negatieve dan positieve emoties herkenden hadden juist minder profijt van gunstige gezinsomstandigheden maar ook minder last van ongunstige gezinsomstandigheden.
  • Dit betekent dat onze stijl van emotieherkenning ons gevoelig kan maken voor bepaalde omgevingen.

Opvoeding en familiefactoren: Chronische stress en mentale gezondheid bij jongeren: Beïnvloedende effecten van basale cortisol en psychiatrische familiegeschiedenis

Auteurs: Zandstra ARE, Hartman CA, Nederhof E, Van den Heuvel ER, Dietrich A, Hoekstra PJ, Ormel J

Wat was al bekend over dit onderwerp?

  • Sommige mensen krijgen psychische problemen na weinig stress, terwijl anderen ondanks veel stress geen psychische problemen krijgen. De vraag is waar deze verschillen tussen mensen door worden veroorzaakt.
  • Eerder onderzoek suggereerde dat de hoeveelheid van het stresshormoon cortisol te maken kan hebben met gevoeligheid voor psychische problemen.
  • Misschien heeft stress vooral een effect in mensen waarbij veel psychische problemen in de familie voorkomen.

Wat voegt deze studie toe?

  • De hoeveelheid cortisol en familiegeschiedenis hebben beiden te maken met gevoeligheid voor psychische problemen na stress.
  • De effecten zijn ook afhankelijk van het soort psychische problemen: gedragsproblemen hebben een ander verband met deze factoren dan emotionele problemen.
  • De effecten hangen ook af van het soort stress en de duur ervan.