2014 › Trails

TRAILS

2014

Opvoeding en familiefactoren: Childhood adversities and adolescent depression: A matter of both risk and resilience

Auteurs: Oldehinkel AJ, Ormel J, Verhulst FC, Nederhof E

Wat was al bekend over dit onderwerp

  • Vroege jeugdervaringen kunnen van invloed zijn op de manier waarop adolescenten met stressvolle gebeurtenissen omgaan en op hun kans om depressief te worden.
  • Over de manier waarop dit gebeurt bestaan uiteenlopende theorieën. Sommige gaan er van uit dat stressvolle jeugdervaringen mensen gevoeliger maken voor latere stress, andere dat ze daar juist weerbaarder van worden.

Wat deze studie toevoegt

  • In deze studie vonden we dat stressvolle jeugdervaringen de kans op een depressie vergroten. De kans op een depressie nam af naarmate die stressvolle ervaringen langer geleden waren.
  • Jongeren die stressvolle jeugdervaringen hadden doorstaan zonder daar op dat moment depressief van te worden waren minder gevoelig voor stress in de adolescentie dan jongeren zonder stressvolle jeugdervaringen.
  • Jongeren zonder stressvolle jeugdervaringen waren later het beste af in een omgeving met weinig stress.

Opvoeding en familiefactoren: Effects of Structural and Dynamic Family Characteristics on the Development of Depressive and Aggressive Problems during Adolescence. The TRAILS Study

Auteurs: Sijtsema JJ, Oldehinkel AJ, Veenstra R, Verhulst FC, Ormel J

Wat was al bekend over dit onderwerp:

  • Structurele (lage sociaaleconomische status, scheiding en psychopathologie van ouders) en dynamische (afwijzing en warmte ouders) familiekenmerken zijn van invloed op de ontwikkeling van agressieve en depressieve problemen
  • Er is een sterke comorbiditeit tussen de ontwikkeling van agressieve en depressieve problemen

Wat deze studie toevoegt:

  • Dynamische familiekenmerken hadden een uniek effect op de ontwikkeling van agressieve en depressieve problemen, bovenop de effecten van structurele familiekenmerken
  • Afwijzing van ouders hing samen met een toename in agressieve en depressieve problemen, maar er waren wel verschillen tussen afwijzing van de vader en de moeder 
  • Warmte van ouders, en een toename daarin, hing samen met een afname van depressieve problemen
  • Een toename in depressieve problemen hing samen met een toename in agressieve problemen, maar niet andersom

Opvoeding en familiefactoren: Family Disruption Increases Functional Somatic Symptoms in Late Adolescence: The TRAILS Study

Auteurs: Van Gils A, Janssens KAM, Rosmalen JGM

Wat was al bekend over dit onderwerp:

  • Onbegrepen klachten zijn lichamelijke klachten die niet door een medische aandoening verklaard kunnen worden.
  • 20-25 % van de jongeren heeft last van onbegrepen klachten, maar het is niet precies bekend waardoor deze ontstaan.
  • Stressvolle levensgebeurtenissen, angst en depressie vergroten de kans op onbegrepen klachten.

Wat deze studie toevoegt:

  • Jongeren met gescheiden of overleden ouder(s) hebben gemiddeld meer last van onbegrepen klachten. Dit geldt zowel voor jongens als voor meisjes.
  • Mogelijk wordt dit voor een deel verklaard door een toename van angst en/of depressie.

Opvoeding en familiefactoren: Verhuizen of een nieuwe partner voor de ouders en het krijgen van verkering door jongeren

Auteurs: Ivanova K, Mills M, Veenstra R

Wat was al bekend over dit onderwerp?

  • Ouder-kind relaties zijn belangrijk voor het relatiegedrag van jongvolwassenen.
  • Een scheiding gaat vaak samen met meerdere veranderingen, zoals het vertellen aan de kinderen van de scheiding, het uit elkaar gaan, het officieel tekenen van de scheidingsakte en later het vinden van een nieuwe partner door een ouder.
  • Ongeveer 85% van de Nederlandse kinderen blijft bij hun moeder na een scheiding.

Wat voegt deze studie toe?

  • Het vinden van een nieuwe partner door de moeder kan het krijgen van verkering (een romantische relatie) bij jongeren stimuleren.
  • Het leven in een één-oudergezin verkleint de kans op verkering bij de jongere in Nederland, wat in tegenstelling is tot Amerikaans onderzoek. Jongeren die in een één-oudergezin wonen hebben minder vaak verkering.
  • Doordat veel alleenstaande ouders niet voltijds werken, zijn ze mogelijk beter op de hoogte dan Amerikaanse ouders van waar hun kinderen zich overdag bevinden.