2011 › Trails

TRAILS

2011

Lichamelijke gezondheid: Reduced cardiac autonomic flexibility associated with medically unexplained somatic complaints in the context of internalizing symptoms in a preadolescent population sample. The TRAILS Study

Auteurs: Dietrich A, Greaves-Lord K, Bosch NM, Oldehinkel AJ, Minderaa RB, Hoekstra PJ, Althaus M

Lichamelijke klachten zoals hoofdpijn en buikpijn die geen duidelijke medische oorzaak hebben komen vaak voor bij kinderen en jongeren. Deze kunnen leiden tot verhoogde medische consumptie, slechtere schoolprestaties en ongezondheid op latere leeftijd. Medisch onverklaarde lichamelijke klachten worden vaak in verband gebracht met het ervaren van stress. Aangenomen wordt dat het functioneren van het autonome zenuwstelsel, het lichaamssysteem dat alle orgaanfuncties, het hart en de bloedsomloop controleert, ontregeld is. Zo zijn er enkele maten van dit systeem die duiden op een verhoogde mate van stress, namelijk een hogere hartslag, lagere hartslagvariabiliteit en lagere baroreflex gevoeligheid (een maat voor hoe goed de bloeddruk wordt geregeld). We hebben in dit onderzoek inderdaad een verlaagde hartslagvariabiliteit en baroreflex gevoeligheid bij jongeren met medisch onverklaarde lichamelijke klachten gevonden. Dit zou kunnen duiden op een verhoogde mate van stress. Deze onderzoeksresultaten sluiten nauw aan bij een eerdere TRAILS studie van Bosch en collega’s uit 2009 die ook dezelfde resultaten hebben gevonden in relatie tot somatisch-depressieve symptomen (zoals gebrek aan eetlust en oververmoeidheid). Deze studies laten dus zien dat het functioneren van biologische stress systemen zijn ontregeld in jongeren met lichamelijke klachten (zonder dat er sprake is van een duidelijke organische ziekte) en suggereren dat stress mogelijk een rol speelt bij deze klachten.

Lichamelijke gezondheid: Adolescents with low intelligence are at risk of functional somatic symptoms. The TRAILS Study

Auteurs: Kingma EM, Janssens KAM, Veneme M, Ormel J, De Jonge P, Rosmalen JGM

Functionele klachten zijn lichamelijke klachten waar geen bekende lichamelijke oorzaak aan ten grondslag ligt. Dit kunnen allerlei soorten klachten zijn, zoals buikpijn, hoofdpijn of duizeligheid. Zowel onder jongeren als onder volwassenen komen functionele klachten veel voor, maar helaas is nog niet precies bekend wat deze klachten veroorzaakt. Door het doen van onderzoek proberen we erachter te komen welke factoren een rol spelen bij het ontstaan of beloop van functionele klachten. Hierdoor proberen we te achterhalen waarom de ene persoon wel en de andere geen functionele klachten ontwikkelt. In eerder onderzoek is gevonden dat volwassenen met een lagere intelligentie meer functionele klachten hebben dan volwassenen met een hogere intelligentie. Het is niet bekend of dit bij jongeren ook het geval is en daarom hebben we dat onderzocht binnen het TRAILS cohort. Wij vonden dat jongeren met een lagere intelligentie inderdaad gemiddeld meer functionele klachten hebben dan jongeren met een hogere intelligentie. We hebben gekeken hoe deze relatie verklaard kon worden. Slechte schoolprestatie zouden het verband kunnen verklaren, omdat intelligentie een belangrijke voorspeller is van schoolprestaties en in eerder onderzoek gebleken is dat slechte schoolprestaties gepaard gaan met functionele klachten. We vonden echter niet dat slechte schoolprestaties de relatie tussen lage intelligentie en functionele klachten konden verklaren. We hebben ook gekeken of verwachtingen van de ouders over de schoolprestaties van de jongeren het verband tussen lage intelligentie en functionele klachten kunnen verklaren. Daarvoor hebben we de gehele groep jongeren opgedeeld in een groep die denkt dat hun ouders veel en een groep die denkt dat hun ouders weinig van hun verwachten als het gaat om schoolprestaties. Intelligentie bleek wel gepaard te gaan met meer functionele klachten in de eerste groep, maar niet in de tweede groep. Onze gedacht is dat het stressvol is voor jongeren met een lage intelligentie als hun ouders veel van hun verwachten. Stress is in eerder onderzoek in verband gebracht met functionele klachten. Bij deze resultaten is het wel belangrijk om te realiseren dat jongeren met lagere intelligentie weliswaar een iets hogere kans op functionele klachten hebben, maar dat er ook veel andere factoren betrokken zijn bij het ontstaan van functionele klachten.

Lichamelijke gezondheid: School absenteeism as a perpetuating factor of functional somatic symptoms in adolescents: the TRAILS Study

Auteurs: Janssens KAM, Oldehinkel AJ, Dijkstra JK, Veenstra R, Rosmalen JGM

Jongeren die last hebben van somatisch onvoldoende verklaarde lichamelijk klachten (SOLK), zoals vermoeidheid en pijn, blijven vaker thuis van school dan jongeren die geen last hebben van deze klachten. Wij wilden weten of thuisblijven van school een ongunstig effect heeft op het beloop van SOLK. Jongeren zouden thuis namelijk meer op hun klachten gericht kunnen raken dan op school. Het thuisblijven van school op de tweede meting van TRAILS hield inderdaad verband met meer SOLK op de derde meting. Ondanks dat er ander type onderzoek nodig is om dit echt te bewijzen, lijkt het erop dat het belangrijk is om jongeren die last hebben van SOLK zoveel mogelijk op school te houden of terug naar school te krijgen. Verder zijn we in dit onderzoek nagegaan of het ongunstige effect van schoolverzuim uitbleef voor jongeren die op school gepest werden, aangezien deze jongeren thuis bevrijd zijn van het pestgedrag. Inderdaad had het thuisblijven van school geen effect op het verloop van SOLK van gepeste jongeren.

Lichamelijke gezondheid: Pubertal status predicts back pain, overtiredness and dizziness in American and Dutch adolescents

Auteurs: Janssens KAM, Rosmalen JGM, Ormel J, Verhulst FC, Hunfeld JAM, Mancl LA, Oldehinkel AJ, e.a.

Meisjes hebben over het algemeen veel meer somatische onvoldoende verklaarde lichamelijke klachten (SOLK), zoals vermoeidheid en pijn, dan jongens en dit verschil neemt toe tijdens de adolescentie. In deze studie hebben we onderzocht of de toename in dit verschil toegeschreven kan worden aan de puberteitsontwikkeling. Niet alleen de Nederlandse TRAILS jongeren, maar ook een groep Amerikaanse jongeren werd onderzocht. We hebben getest of het puberteitsstadium waarin de jongeren zich bevonden voorspellend was voor de hoeveelheid buikpijn, hoofdpijn, spierpijn, vermoeidheid en/of duizeligheid waar de jongeren twee tot drie jaar later last van hadden. Zowel Nederlandse als Amerikaanse jongeren die zich in een later puberteitstadium bevonden tijdens de beginmeting hadden meer last van spierpijn, vermoeidheid en duizeligheid op de vervolgmeting dan jongeren die zich in een vroeger puberteitstadium bevonden. Het puberteitstadium was niet voorspellend voor hoofdpijn of buikpijn. Er werden geen significante verschillen gevonden tussen jongens en meisjes. De puberteitsontwikkeling lijkt dus niet te verklaren waarom meisjes meer lichamelijke klachten ontwikkelen tijdens de adolescentie dan jongens.